Madagaskar is een eiland gelegen in de Indische Oceaan.

Het ligt 400 km oostelijk van Afrikaanse zuidoostkust, langs de Straat van Mozambique.

Het is het vierde grootste eiland ter wereld. Enkel Groenland, Nieuw-Guinea en Borneo zijn groter. 

Het is ongeveer zo groot als Frankrijk en België samen (587.041 km² ).

In 1894 werd het koninkrijk Madagaskar een Franse kolonie. In 1960 werd het land onafhankelijkheid.

Het Malagassisch en het Frans zijn de twee officiële talen van Madagaskar. Het Frans wordt met name in de steden en in het zakenleven gesproken. In het onderwijs wordt ook Franse les gegeven, zeker in het voortgezet onderwijs. Belangrijkste omgangstaal is het Hova, dat door de Merina, de grootste bevolkingsgroep, wordt gesproken.

Madagaskar is uniek in zijn verscheidenheid, het is een brug tussen twee werelden.

In geen enkel land treft men, op zo ’n kleine oppervlakte, zoveel van elkaar verschillende landschappen en streken aan: van dichte regen- en nevelwouden aan de oostkust, rijstterrassen en bizarre gebergten in het hoogland, prehistorische doornwouden in het zuiden tot Baobab lanen in het westen. Om nog niet te spreken van verlaten zandstranden en onontdekte koraalriffen.

De natuur in Madagaskar is zo anders.

80 % Van de planten zijn endemisch, ze komen alleen in Madagaskar voor. Dit geldt eveneens voor de dieren waarvan de lemuren de meest opvallende zijn. Behalve lemuren kan men er nog de kleurrijkste kameleons naast de meest bizarre insecten en amfibieën observeren.

Het is eveneens een mengelmoes van vriendelijke mensen.

De spreekwoordelijke vriendelijkheid van de Madagassiër ervaart men elke dag. Ondanks de armoede treffen we er kleurrijke volkeren aan die hun intacte sociale culturen hebben bewaard. Als men de tijd neemt kan men er een geheimzinnige wereld, die bevolkt wordt door de geesten van de voorouders, omfloerste rituelen en fady’s (taboes) observeren. Met de gebruiken en rituelen dient de bezoeker ook rekening te houden.